donderdag

Zo'n dag


Gisteren was ik de karikatuur van een desperate housewife. Ik stond op het punt om een afspraak te maken met de psycholoog, rondkijkend naar alle melkresten (gevolg van gevechtje met beker enerzijds en omgevallen melk in poging tot koffie verkeerd maken anderzijds), bergen speelgoed en overal slingerdingen. Mijn humeur sloeg over op E, die al niet op haar gezelligst was vanwege het doorkomen van nieuwe tandjes.

De dag met desperate housewife + desperate baby duurde eindeloos, maar ging voorbij. Vandaag ben ik de dag gestart met het kopen van een grote bos bloemen. Een collega zei ooit: “Ik heb altijd verse bloemen. Dat kost wat, maar het scheelt honderden euro’s aan therapie."

Ze heeft gelijk…

Intens(ief)


Een vriendin vroeg laatst: “Hoe vind je het nou, moeder zijn?” Mijn antwoord luidde zeker niet eenduidig ‘leuk!’.

Het is namelijk vaak helemaal niet zo leuk. Een kindje is prachtig, maar ook zo oncontroleerbaar, onvoorspelbaar en wispelturig. Het legt een geweldig beslag op je vrije tijd, de invulling van je dag, je relatie en je energieniveau. En dan heb ik het nog niet over de huilbuien, vroege ochtenden (doordeweeks, weekenden èn vakanties), tandjes, darmkrampjes, consultatiebureaus, crècheperikelen, voeding, moeheid, slaapjes en zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan.

Waarschijnlijk is de hoeveelheid ‘leuk’ en ‘niet leuk’ ongeveer in balans. Echter voelt dit helemaal niet zo. Het mamaschap geeft mij over het algemeen een heel helder, gelukkig gevoel. Waar is dit dan aan te wijten? Eerlijk gezegd denk ik dat de boel op de weegschaal moet met een wegingsfactor. Een blij moment met E wist een moeilijk moment uit. Moeheid verdwijnt als sneeuw voor de zon als E vrolijk lachend zit te spelen. Nachtelijke wakkersessies zijn vertederend als E tussen ons in ligt en tevreden van de een naar de ander kijkt. En als je vol vertrouwen je eigen lijn weet uit te zetten te midden van alle consultatiebureauadviezen, de ‘schoolpleinterreur’ van de crèche ( de “die van mij heeft dat nooit!”-verhalen), websites, boeken en bemoeizuchtige familieleden en kennissen, dan ben je best trots. En naast het feit dat lief en ik af en toe in zwaarder weer verkeren dan ooit, bestaat er de grootste zekerheid dat ik met niemand anders een gezinnetje zou kunnen en willen hebben dan hij.

Moederschap… de meest intens(iev)e ervaring

maandag

Ons kent ons




Op een van de schaarse mooi weer dagen van deze zomer gingen lief en ik met E naar een recreatieplas in de buurt en daar raakten wij ingeburgerd in weer een nieuwe ouder-kind-activiteit. 

Een klein afgeschermd deel van de plas, de zogenaamde spartelvijver, is heel geschikt voor ouders met kroost in de zwemdiplomaloze leeftijd. Een soort natuurpierenbadje. Wij installeerden ons tussen de al aanwezigen en zagen menig ouderkoppel met een, twee of drie koters komen en gaan, per bakfiets, fiets-fietskarcombinatie en soms wandelend. In ieder geval zeer bepakt en bezakt, net als wij trouwens.

Het was een groot circus van kijken en bekeken worden. “Nou, dat kindje is helemaal niet bang voor water”, “Goh, die zou wel eens op dieet mogen, de moeder ook trouwens”, “Ach kijk nou, dat kindje eet zand en lijkt het nog lekker te vinden ook”. We hielden elkaar allemaal nauwlettend in de gaten op het gebied van de leeftijds- en ontwikkelingscurve, de eetgewoonten en andere bewijzen van geslaagd of minder geslaagd ouderschap.

Andere ouders zullen E voornamelijk becommentarieerd hebben op haar slaapgedrag, of beter gezegd: het gebrek aan slaapjes. Waar de baby op links zo in slaap kukelde op een handdoek en de baby op rechts bijna de hele middag lag te tukken in de wandelwagen, voerden wij E’s hele slaapritueel uit inclusief slaapzak, liedjes en tentbedje. Maar slapen?...Ho maar. E’s nieuwsgierige hoofdje verscheen continu voor het muskietennet en de maximaal bereikte slaaptijd was twintig minuten.

Aan het einde van een enerverende en overigens ook heerlijke dag arriveerde er op de valreep een jong stel met een meisjesdrieling en een jonger jongetje, wat na navraag een vierling bleek te zijn. Geduldig gingen ze in een rijtje staan en geroutineerd werd een voor een ingesmeerd en het water in gestuurd. Ze kwamen lopend en alle benodigdheden werden tevoorschijn getoverd uit een klein sporttasje. Ik keek om me heen naar onze vijf tassen en E’s tent begon te schudden. Ze wilde de wonderlijke vierling en dito ouders ook wel bewonderen. De volgende keer neem ik alleen een handdoek mee…